GEÏLLUSTREERDE en BEKNOPTE ILMIHAL

37 hele leven lang, heeft hij veel deugd en volmaaktheid gehad die geen enkel mens heeft gehad. Toen hij vijfentwintig jaar was trouwde hij met onze moeder Khadiedja al-Koebraa. Hij heeft nooit de afgoden aanbeden. Al sinds zijn kinderjaren hield hij niet van ze. Hij deed volgens het geloof van H’adhrat Ibraahiem ‘Alayhi-s Salaam aanbidding tot Allah ﷻ . Van tijd tot tijd ging hij naar de grot van Hira nabij Mekka en dacht hij na over de kracht en grootsheid van Allah ﷻ . Met de liefde die Allah ﷻ hem in de eeuwigheid had geschonken voer hij over de zeeën van genegenheid, en deed hij dzikr (gedenking) aan Allah ﷻ met de verlichting van de tawhied (eenheid van Allah ﷻ ) in zijn hart. Toen onze Profeet ﷺ op een dag weer in de grot van Hira was, kwam Djibriel ‘Alayhi-s Salaam met bevel van Allah ﷻ hem de taak van profeetschap verkondigen. Tegen de verlosser van de mensheid en geliefde van Allah ﷻ H’adhrat Mohammed Sallallaahoe ‘Alayhi wa Sallam zei hij: “Lees!” Onze Profeet ﷺ zei: “Wat moet ik lezen?” Djibriel (A.S.) pakte onze Profeet ﷺ vast, drukte hem tegen zich aan en liet hem los. Djibriel (A.S.) zei opnieuw: “Lees!” Onze Profeet ﷺ zei: “Wat moet ik lezen?” Djibriel (A.S.) pakte onze Profeet ﷺ opnieuw vast, drukte hem tegen zich aan en liet hem los en zei voor de derde keer: “Lees!” Onze Profeet ﷺ zei: “Wat moet ik lezen?” Djibriel (A.S.) pakte onze Profeet ﷺ voor de derde keer

RkJQdWJsaXNoZXIy NTY0MzU=